1.4. De eerste nederzettingen.
De
activiteiten van de
Feniciërs beginnen met
voorzichtige en
onregelmatige landingspogingen
op de
Noord‑Afrikaanse kusten. Daarna
volgen permanente handelsposten, maar
pas na enige tijd komen de eerste
grotere nederzettingen tot stand. Dat
laatste moet zo ongeveer rond 900 v.C
gebeurd zijn. Vaak vinden we Fenicische
nederzettingen bij kapen of in
de directe nabijheid van zoutpannen.
Dat zout was vooral van belang voor
de visvangst. De Feniciërs zouten hun
vis om het langer goed te kunnen
houden. Volgens Griekse en Romeinse
overleveringen zouden Utica, Gadir
en Lixus reeds in de 12e of 11e
eeuw gesticht zijn.
De opgravingen
aldaar laten tot nu toe daarentegen
vondsten zien van 3‑4 eeuwen later
op zijn minst. De aard van de
Fenicische kolonisatie zou hier
debet
aan
kunnen zijn. De
factorijen waren namelijk
zeer klein en
provisorisch. De Feniciërs gingen
ook niet
als een eiland
in een
vreemd gebied wonen, maar vermengden
zich ook op den
duur juist met de
aanwezige bevolking. Echt pure
Fenicische vondsten zijn mede
daarom
moeilijk uit de beginperiode te
achterhalen. Dat wordt anders, als de
diverse provisorische handelsposten
een paar eeuwen later echte steden
gaan worden.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
THUCYDIDES:
"Er woonden echter ook Feniciërs
rondom geheel Sicilië op
voorgebergten bij de zee,
die zij bezet hadden en op voor de
kust gelegen kleine eilanden
om handel met de Siculiërs te
bedrijven."
Map
5.8.Phoenicians of the West, Rhys Carpenter, American Journal of Archeology
1958.
Map 5.9.Phéniciens et Grecs dans l’extrême occident,
P.Bosch-Gimpera, La nouvelle Clio blz 269-296.
Map 19.5.The
Western Phoenicians, C.R.Whittaker, Churchill
College Cambrigde.
1.4.1. Het aantal nederzettingen.
Diodorus van Sicilië vermeldt ons
hierover:"De Feniciërs, die, sinds
lange tijd
onophoudelijk handel en scheepvaart
bedrijven, hebben vele
kolonies
gesticht op de kusten van Libyë en een zeker aantal andere
op
de
westelijke gedeelten van Europa."
Onder Libyë werd toendertijd geheel
Noord‑Afrika ten westen van Egypte
verstaan. Inderdaad moeten de steunpunten
van de Feniciërs
op de
Noord‑ Afrikaanse kust talloos
geweest zijn. Om de dag
varen was er
altijd wel een post, waar het schip
op strand getrokken kon worden, of
(maar dat kwam veel minder voor!)
in een
veilige haven geankerd
kon
worden. Typerend is de
z.g."Rus"kust in het
huidige Algerije. Op een
afstand van nog geen 200 kilometer
tussen Algiers en Bougie liggen een
groot aantal zeer
waarschijnlijke Fenicische plaatsen
van origine,
wier
naam met "Rus" begint
en dat betekent
in het Fenicisch
voorgebergte of kaap.
tabel 2.Voorbeelden van
kaapnederzettingen
Rusguniae nabij Icosium (Algiers)
Rusubicari nabij Zemmouhri
Rusuccuru ten oosten van Djenet
Rusippisir nabij Tigzirt
Rusazus ten oosten van Rusippisir/Azeffoun
Als dit maatgevend zou zijn voor de
gehele Numidische kust (ca.1000 km),
dan vinden we al een getal van 25
nederzettingen op dit gedeelte alleen
al. Maar ook de Tunesische en
Libysche kust werden goed bedacht, terwijl
er aantoonbaar ook in Mauretanië
handelsposten werden opgericht. Het is
niet overdreven om aan te nemen,
dat er minstens
tegen de honderd
Fenicische nederzettingen op de Noord‑Afrikaanse
kust geweest moeten
zijn. Op de vestigingen in Spanje, de
Balearen, Sardinië en Sicilië zal
later worden ingegaan.
1.4.2. Stichtingsdata.
Hier
is veel verwarring
over. ondanks de
tamelijk gedetailleerde
overleveringen. Hier volgen er een paar:
Strabo: "Veel kolonies zijn gesticht
kort na de val van Troje."
Aristoteles: "Utica werd 287 jaar voor Carthago
gesticht."
Velleius Paterculus:"De Tyrusvloot
sticht 80 jaar na de val van Troje tijdens de terugkomst
van de
Heracliden op de Pelopponesos, Gades en
enige jaren later Utica."
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
Alleen de volwaardige grotere zeenederzettingen
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
land
getraceerde vermoedelijke totaal
streek*
nederzettingen nederzettingen
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
Grote Syrte 5 ? 5
Kleine Syrte 12 3 15
Byzacium 13 2 15
Zeugitanië 10 ? 10
Numidië 17 8 25
Mauretanië 12 8 20
Keltiberië 13 7 20
Sardinië 10 5 15
Sicilië 7 13 20
Overig 19 11 30
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
Totaal 118+? 47+? 175+?
Per kust heeft de dichtheid
van nederzettingen duidelijk
gevarieerd. Dat is
afhankelijk van de drukte van bevaren langs
de kust. de fysisch‑geografische
omstandigheden e.d.
Zie voorts hoofdstuk 6 van
Deel Drie.
* De benaming stamt uit
latere perioden.
We
worden overigens om de paar jaar verblijd met de ontdekking van een nieuwe
Fenicisch nederzetting, zodat bovenstaand overzicht nu (2006!) al weer een
beetje achterhaald is!
Map 17.1.The
Geography of Strabo, H.L.Jones, London /New York 1917.
Plinius de Oudere: "De tempel van Apollo te Utica is in 77 precies
1178 jaren oud."
Philistos v Syracuse: "Carthago
werd gesticht door de Tyriërs Azoros en
Kardechon."
Dat correspondeert met het jaar 803 van
Abraham
(=1213 van onze tijdrekening).
Eudoxus v Cnidië: "Carthago is gesticht even voor de
Trojaanse oorlog."
Titus Livius: "Carthago werd in 750 gesticht."
Appianus: "Carthago werd in 750 gesticht."
Cicero: "Carthago werd in 600 gesticht."
Denys v Halicarnassus: "Carthago werd 38 jaren voor de eerste Olympische
spelen gesticht."
Timeon v Sicilië: "Carthago
werd 38 jaren voor de eerste Olympische spelen
gesticht."
Veleius Paterculus: "Tussen de stichting van Rome en Carthago zit ongeveer 65
jaren."
Josephus: "Carthago werd 156 jaren na de
troonsbestijging van Hiram I
gesticht."
Justinius: "Carthago werd 72 jaren voor Rome gesticht."
Menander v Ephesus: "Er
zitten 155 jaren en 8 maanden tussen het begin van de
regering
van Hiram en het 7e regeringsjaar van Pygmalion."
De Olympische spelen werden voor het
eerst officieel gehouden
in het
jaar 776. Hiram van Tyrus besteeg in
969 zijn troon en Rome werd in 753
gesticht. Troje viel voor de Grieken
tegen het eind van de 12e eeuw.
Al deze verschillende mededelingen en
tijdstippen geven toch een bepaald
patroon te zien. Over het algemeen
wordt nu wel aangenomen, dat
Utica, Gadir (=Gades) en Lixos
omstreeks 1100 werden verkend en dat het
pas een eeuw of twee later
tot volwaardige nederzettingen kwam.
De
eerste archeologische vondsten
stammen pas uit de 10e
eeuw. Carthago
werd in ca.850 verkend. Alleen Cicero
(600) en Philistos (1200)
geven
wel erg afwijkende meningen t.a.v. de
stichting van Carthago. De eerste
archeologische vondsten van Carthago
stammen uit de 8e eeuw.
Voor een gedetailleerder
overzicht wordt verwezen naar:
Map 20.2 L'expansion G.Bunnens Institut historique belge
phénicienne en méditerrannée
de Rome 1979 deel XVII
Essai d'interprétation fondé sur une analyse des traditions
littéraires
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
MENANDER van EPHESUS
Deze auteur uit de oudheid is
zelfs tot op de maand naar zijn
zeggen nauwkeurig, wanneer hij
beweert, dat er 155 jaren en 8
maanden zitten tussen het begin
van de regering van Hiram en het
zevende regeringsjaar van
Pygmalion, waarin Elisja wegvluchtte.
ZIE:ATLAS VAN DE
FENICISCHE EN PUNISCHE STAMMEN, STEDEN EN VOLKEN.
Kaart 25A.Het begin van Carthago
(814 v.C/mid 8e eeuw v.C).
Kaart 25B.De omgeving van
Carthago (ca.800 v.C).
DE EERSTE ARCHEOLOGISCHE
VONDSTEN:
Deze stammen uit de tijd omstreeks
1000. Voor Sardinië betreft dat
de 9e eeuw. Voor Carthago eerst
pas in de 8e eeuw. Op Sicilië, in
Spanje, Mauretanië en op diverse
kleinere eilanden zijn eveneens
vondsten bekend vanuit de 8e
eeuw.
Overigens vinden
steeds nauwkeuriger tijdsbepalingen plaats, waardoor de dateringen langzaam
opschuiven naar een nog verder weg gelegen verleden!
1.5. Legenden.
De Feniciërs zijn niet de enigen
geweest, die de kusten
van Noord‑
Afrika hebben bezocht en
geëxploreerd. Voor hen zullen waarschijnlijk de
Kretenzers ook wel expedities hebben
uitgestuurd. Een aantal
legenden
veronderstellen echter te veel in dit
opzicht. Oude Punische geschriften
zouden het hebben over een leger van
Hercules in Spanje, dat uiteenvalt
("qui regis Hiempsalis decibantur"). Tot dat leger zouden
Perzen, Meden
en Armeniërs hebben behoord, die
via Afrika naar
het Midden‑Oosten
zouden zijn gegaan. Het is nogal
twijfelachtig. Deze overlevering komt
dan ook uit de zoveelste hand.
Er worden verschillende
niet‑steekhoudende
verklaringen gegeven. Zo
zouden de Mauren eigenlijk de Meden
zijn en de Pharusiërs in feite
de
Perzen. Een ander waarschijnlijk
verzinsel heeft het over de Hebreërs,
die o.l.v. Mozes uit Egypte
wegvluchtten en die door de koning, die over
de hele Levant regeerde naar
Libyë en
Numidië gestuurd worden.
Deze
legende zou enigszins gestaafd kunnen
worden door de vondst
van twee
stèles ten zuiden van Constantine,
waarop het volgende te lezen staat:
"Wij zijn degenen, die gevlucht zijn, ver van het gezicht van de
schurk
Jesus, zoon
van Navé." *
Een paar eeuwen later zou deze
bevolking door de Carthagers zijn over‑
gebracht naar Mauretanië.
In Mauretanië komen we dezelfde
inscriptie tegen in Tingis (nu Tanger):
"Wij zijn degenen, die gevlucht
zijn voor de schurk
Josue, zoon van
Navé".
Althans volgens Procopius zou in zijn
tijd (5e eeuw na Chr) deze tekst
nog te lezen zijn geweest op twee
kolommen, die de Feniciërs
aldaar
zouden hebben opgericht. Inderdaad
hebben de Feniciërs
de gewoonte
gehad om op voor hen markante plaatsen
pilaren op te richten.
Het is
goed mogelijk, dat dat ook in Tingis
is gebeurd.
Een andere beroemde legende gaat over
de koningsdochter Elisja,
die
Carthago gesticht
zou hebben. Daarop
wordt nader ingegaan
onder
paragraaf 1.19.1. Deze legende heeft
zeker wel een grond van waarheid.
De Romeinen zullen later de
stichtingslegende van Carthago verwerken
in
de eigen literatuur en er dan de
namen van Aeneas en Dido aan verbinden.
Wat te denken verder van het verhaal
van de koning van Tartessië. Geron
of Géryon, dat later verbasterd werd
naar Hieron. Hij
zou overwonnen
zijn door Heracles. De dochter van
Geron zou Erythia zijn en haar zoon
Norax zou dan weer Nora op Sardinië hebben gesticht.
Zie bovendien: BOEK
VIJFTIEN par.11.Sagen, legenden en mythen.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
* :
Zie:"Histoire Ancienne de l'Afrique du Nord" van S.Gsell, deel 1.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten